Drie verhaallijnen komen samen in The Wolf Border: de re-introductie van wolven in Cumbria, de onverwachte zwangerschap van de hoofdpersoon en de drugsproblemen van haar jongere broer. Rachel, een veertiger die gekozen heeft voor een leven als projectmanager die overal ter wereld wolven bestudeert en re-introduceert, raakt zwanger van één haar collega’s. Zelf het kind van een nogal losbandige moeder die het niet zo nauw nam met de opvoeding van haar kinderen, is haar onverwachte zwangerschap nu niet meteen de boodschap waarop ze al zolang wacht. Dus vlucht ze, naar een ander land en een nieuwe baan waar ze zonder bemoeienis van de vader kan besluiten of ze het kind houdt. Haar vlucht brengt haar terug naar geboortegrond, naar Cumbria. Daar heeft een steenrijke lord met een uitgestrekt landgoed het plan opgevat om wolven te re-introduceren. Rachel is de perfecte projectleider. In Cumbria besluit Rachel haar kind te houden en rolt ze langzaam maar zeker het familieleven in, het gaat zelfs zo ver dat ze zich ontfermt over haar broer die aan drugs verslaafd blijkt te zijn en haar hulp hard nodig heeft om af te kicken. De drie verhaallijnen wisselen elkaar af en lopen soms in elkaar over. Geen van allen gaan ze echt diep. Ik was bijvoorbeeld wel nieuwsgierig naar de echte reden waarom de wolven gere-introduceerd worden of naar de echte reden dat Rachel zo hard van de vader van haar kind wegrent. Hall maakt duidelijk dat Rachel en haar broer niet echt de meest eenvoudige moeder hadden en daarmee ook niet de meest eenvoudige jeugd, haar informatie blijft echter steeds aan de oppervlakte hangen. Dus weet ik na het lezen van The Wolf Border meer over wolven dan voorheen, maar vraag ik me nog steeds af wat de hoofdpersonen in de roman bezielde. The Wolf Border is zeker geen slecht boek, het leest aangenaam weg. Ik kan me voorstellen dat meer verdieping had geleid tot een uitstekende roman. Nu is die aangenaam, niet meer niet minder.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten