zondag 24 april 2016

Hannah Rothschild || The Improbability of Love


Mag ik stellen dat ik aan een boek dat genomineerd is voor een prestigieuze prijs hoge eisen mag stellen? En mag ik teleurgesteld zijn indien dat boek niet aan die eisen voldoet. Ik zal niet zeggen dat ik The Improbability met tegenzin gelezen heb, maar dat ik na afloop nu bij mij zelf dacht "wat een meesterwerk"? Nou nee. Om met de pluspunten te beginnen: het was uitermate vermakelijk om meegenomen te worden in de overpeinzingen van een schilderij, een meesterwerk dat terugkijkt op haar vele roemruchte en beroemde eigenaren. Ook de zoektocht van hoofdpersoon Annie naar opwindende recepten is met vele inlevingsvermogen beschreven. Geur en kleur spatten af en toe van de pagina af. Rothschild's beschrijving van de kunstwereld waarin The Improbability of Love opwinding veroorzaakt, slaat echter te ver door naar overdrijving in combinatie met stereotypen. De verarmde graaf die op zoek moet naar een meesterwerk om in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien, de hysterische homo die rijke Russen helpt om van hun geld af te komen, de rijke Amerikaanse weduwe die kunst spaart. Ik vermoed dat Rothschild de draak wil steken met het wereldje maar dat had wellicht wat subtieler gekund. Datzelfde geldt voor het wereldje van de Russen: rijke mannen die Rusland hebben moeten verlaten en elke maand een behoorlijk aandeel van hun inkomsten af moeten dragen aan de man die hun wereld volledig in zijn macht heeft. De geschiedenis van de puissant rijke familie Winkleman, kunsthandelaren, vond ik nog wel aannemelijk: Pa Winkleman zal zeker niet de enige Joodse kunsthandelaar zijn die zijn fortuin heeft gemaakt op de puinhopen van Wereldoorlog Twee. De onthulling hoe hij ooit eigenaar geworden is van The Improbability verklaart veel.
Annie, de cateraar, had in een andere context zo een heldin in een Marian Keyes kunnen zijn en om eerlijk te zijn, ik denk dat Marian Keyes met haar geweldige gevoel voor ironie een leukere Annie had bedacht. Eentje die in ieder geval geen concurrentie zou hebben van een enorme hoeveelheid personages waarvan wat mij betreft een belangrijk deel zonder enige consequentie uit de roman geschrapt had kunnen worden. Ik begin het vermoeden te krijgen dat de Bailey's Prize geen prijs is voor literatuur maar eentje voor fictie. In dat licht gezien is The Improbability een leuke roman met grappige en spannende voorvallen, een heerlijke weglezer voor in de vakantie. Indien ik The Improbability wel als een serieuze literaire roman moet zien, dan schiet Hannah Rothschild op meerdere fronten tekort. En oh ja, indien het eerste: wanneer krijgt de onovertroffen Marian Keyes dan een oeuvreprijs?


woensdag 20 april 2016

Jackie Copleton || A Dictionary of Mutual Understanding



Stel je voor: je doet niets vermoedend je voordeur open en de zwaar verminkte persoon die heeft aangebeld, stelt zich voor als jouw kleinzoon. De kleinzoon waarvan jij al 50 jaar hebt aangenomen dat hij, net als zijn moeder, de atoombom op Nagasaki niet heeft overleefd. En als je dan ook nog van hem hoort dat hij is opgevoed door de man die eerst jouw hart heeft gebroken en daarna dat van je dochter, wat doe je dan: spreid jij je armen uit en zeg je 'kleinzoon welkom' of stuur je hem weg omdat je de gedachte dat je toen toch verder had moeten zoeken niet aan kunt? Dat is het uitgangspunt van A Dictionary of Mutual Understanding. In deze roman leeft hoofdpersoon Yuko na de dood van haar echtgenoot een eenzaam leven ergens in de VS. De dood van hun dochter en kleinzoon heeft hen ooit doen besluiten Japan te verlaten en te emigreren naar Amerika. De komst van de man die zich voorstelt als Hideo zet haar leven op de kop. Copleton gebruikt dit gegeven om Yuko te laten terugblikken: naar haar jeugd, haar huwelijk en haar zorgen om haar dochter die - net als Yuko jaren eerder - verstrikt raakt in de netten van een versierder. De roman beschrijft de wereld waarin Yuko is opgegroeid en die door de oorlog en de atoombom volledig verandert. Yuko is bepaald geen gemakkelijke vrouw, ze houdt vast aan de mores van de Japanse maatschappij en heeft niet in de gaten dat een beetje ruimte voor haar dochter uiteindelijk beter had uitgepakt. Copleton neemt de lezer langzaam maar zeker mee in het grote geheim dat maakt dat Yuko haar dochter meer dan beschermend opvoedt. Copleton schrijft dermate onderkoeld, dat het dramatische gegeven nergens uit de hand loopt. In a Dictionary verrast ze bovendien keer op keer met prachtig geformuleerde zinnen waarin ze precies de juiste woorden kiest. De beschrijvingen van Nagasaki na de atoombom zijn gruwelijk, voor de rest laat Copleton vooral veel aan de verbeelding van de lezer over. Ik kon de onderkoeldheid van de roman wel waarderen, zeker omdat het onderwerp makkelijk te melodramatisch zou kunnen worden. Dat gebeurt tegen het einde wel, Copleton lijkt dan te bezwijken onder het verlangen om de roman goed te laten eindigen. Dat is wat mij betreft het enige minpunt van de roman. Ik heb er van genoten en was dan ook uitermate verbaasd dat Copleton de shortlist van de Bailey's Women's Prize niet gehaald heeft. De roman had dat zeker verdiend.


zondag 10 april 2016

Geraldine Brooks || The Secret Chord



The Secret Chord is een historische roman over een man die echt heeft bestaan, koning David (je weet wel, die van Goliath). Zijn levensloop wordt voor het nageslacht opgeschreven door zijn orakel, Natan. Nu houd ik persoonlijk niet zo van historische romans met teveel feitjes; opsommingen hebben toch de neiging om saai te worden. Gelukkig maakt Brooks zich daar maar een enkele keer schuldig aan. Historische romans over koningen die vaak oorlog moeten voeren om hun rijk te verdedigen, uit te breiden en weer te verdedigen bevatten meestal een flinke portie oorlog en geweld, zo ook The Secret Chord. Gelukkig viel het aantal veldslagen en / of slachtpartijen nog mee. Romans over mannen met een fikse prestatiedrang willen nog wel eens wat expliciete sex-scenes bevatten. die in The Secret Chord zijn meer dan expliciet: verkrachtingen worden in geuren en kleuren beschreven. Mijn arme maag had er weer moeite mee. Wat mij betreft redt The Secret Chord het vooral door het prachtige poëtische taalgebruik (in die scenes waarin niet wordt gevochten of verkracht). De beschrijvingen van het in toch veel ogen vooral dorre en droge Israël doen je verlangen naar een vakantie in dat prachtige oord. Ook de beschrijvingen van David zijn in het begin lyrisch, Natan bewondert zijn koning en ziet zijn fouten graag door zijn vingers. Het duurt even voordat hij zich realiseert dat zijn David ook maar een mens is. Als orakel durft hij alles tegen zijn koning te zeggen, als man is hij te afwachten en te voorzichtig. Zijn koning maakt fouten die wellicht voorkomen hadden kunnen worden indien Natan hem op zijn gedrag gewezen had. De lezer heeft dan inmiddels door dat David absoluut gezegend is met een aantal zeer positieve eigenschappen maar dat voor hem, net als vele andere machtige mannen geldt dat 'de geest is gewillig, het vlees is zwak'. Eenmaal behept met macht valt ook David in de valkuil van overmoed, hebzucht en een tikkeltje tirannie. Ik merkte dat ik me naar mate het boek vorderde steeds meer ging ergeren aan de heiliger dan heilig-houding van Natan. Voor iemand die een dergelijke sleutelpositie speelt, neemt hij zijn eigen verantwoordelijkheid als mens - niet als orakel - wel heel weinig serieus. Pas op het allerlaatst, wanneer het gaat om de troonsopvolging door de enige correct uitgevallen zoon Shlomo, grijpt Natan in en zorgt hij ervoor dat de stervende David zijn jongste zoon laat uitroepen tot de volgende koning. Dat ik me ging ergeren aan Natan komt waarschijnlijk ook, omdat er nauwelijks sprake is van karakterontwikkeling; David en Natan zijn geen mensen van vlees en bloed geworden, ze zijn typetjes gebleven. Brooks laat de koning zien, niet de man. Wat mij betreft een gemiste kans.


vrijdag 8 april 2016

Becky Chambers || The Long Way to a Small Angry Planet



Voor alle duidelijkheid: ik heb me best vermaakt met die lange tocht naar een boze planeet, maar om nu te zeggen dat ik hoogstaande literatuur gelezen heb, nou nee. Het zou me niet verbazen indien Becky Chambers ergens in de jaren negentig - net als ik - met veel plezier naar Star Trek heeft gekeken: The Next Generation, Deep Space Nine of Voyager. Wayfarer, het ruimteschip in haar boek, is weliswaar een slagje kleiner dan de schepen van Picard of Janeway, waardoor er ook wat minder bemanningsleden rondlopen, maar toch. Voor de trekkies onder ons, dit moet jullie toch bekend voorkomen: intergalactische samenwerking tussen ruimtewezens die na hevige oorlogen nu een voorkeur hebben voor vrede, een grote variëteit aan ruimtewezens, veel begrip voor elkaars (afwijkende) standpunten en ruimte voor onderlinge liefdesrelaties. De bijna menselijke computer heeft in deze roman nog geen fysieke vorm gekregen maar er wordt hard aan gewerkt. En natuurlijk ontbreekt het kwaadaardige ras niet dat nog niet open staat voor de vreedzame manier van leven. De tocht naar de kleine planeet waar een 'wormhole' (zie Deep Space Nine) gemaakt moet worden om de reisafstand tussen de planeet en de rest van het heelal te verkorten is slechts het vehikel om in het leven van de bemanning te duiken inclusief hun vriendschappen en liefdesrelaties. Waar in Star Trek in een uurtje de nodige actie plaatsvond, ontbreekt die in The Long Way vrijwel volledig: er is een keer een overval en het boren van de 'wormhole' verloopt dramatisch. De roman concentreert zich op de onderliggende relaties en slaat daardoor wat door in de boodschap:  'wees tolerant, begripvol, er is geen onderscheid tussen menselijke wezens of zij die meer op hagedissen of vissen lijken'. Een beetje van dik hout zaagt men planken. Zoals gezegd, niets mis mee en de roman steekt met kop en schouder boven de gemiddelde SciFi uit, maar deze roman staat wel op de Bailey's Longlist en dat is een prijs voor literair werk. Becky Chambers heeft zeker geen onverdienstelijke roman geschreven, ze is echter weinig subtiel in haar zendingswerk.


vrijdag 1 april 2016

Cynthia Bond || Ruby



Er is veel dat ik goed en mooi vind aan Ruby: het prachtige poëtische taalgebruik bijvoorbeeld, of de wijze waarop Bond haar personages haarscherp neerzet. Van de scenes waarin diepgelovige vrouwen met elkaar wedijverden wie het beste in trance kan geraken tijdens een dienst of uitvaart druipt de ironie af: slechts een zeer onnozele lezer zal niet door hebben dat de dames stuk voor stuk toneelstukjes spelen. Ook de alom aanwezige discriminatie (jaren 50 in Texas) wordt door Bond treffend geschetst net als het bijgeloof van iedereen in het dorp, inclusief de diepgelovigen die elke zondag in de kerk Jezus van het kruis afbidden. En tja, Bond beschrijft ook alle martelingen, alle verkrachtingen, al het geweld meer dan voortreffelijk. Of dat leidt tot leesplezier is een tweede. Ik beleefde in ieder geval niet veel plezier aan de pagina's vol jonge meisjes die verkracht worden door blanken in bordelen of 'african-americans' tijdens satanische missen, echtgenotes die vernederd en mishandeld worden, aan de tot in geuren en kleuren beschreven moord- en vechtpartijen (waarbij Bond geen verschil in huidskleur maakt voor wat betreft dit verachtelijke gedrag). Het werd me eerlijk gezegd regelmatig te veel. Hoofdpersoon Ruby wordt als klein kind al verkracht en misbruikt, met als resultaat een zwaar gestoord iemand die door haar dorpsgenoten nog verder vernederd en misbruikt wordt. Psychiaters kunnen waarschijnlijk prima aangeven aan welke psychische kwalen Ruby na al dat geweld lijdt, Bond maakt van Ruby een moeder die de honderden geesten van door geweld overleden kinderen in haar lichaam huisvest. Het moge duidelijk zijn dat haar buren zo hun mening hebben over Ruby die regelmatig naakt door de bossen zwerft en bomen meer dan omarmt.
Wees gerust, aan het einde komt het helemaal goed met Ruby. De man die al jaren stiekem van haar houdt, komt haar tot hulp. Samen kunnen ze de toekomst aan. En kijk, daar hebben we de reden dat dit boek Oprah's Book Club heeft gehaald: ik hoor Oprah al geëmotioneerd vertellen dat Ruby een sterke African-American vrouw is die alle ellende heeft overleefd en een nieuwe kans krijgt. Een thema waar Amerikanen geen genoeg van kunnen krijgen en dat ook regelmatig leidt tot Oscars voor acteurs die in hun rol veel ontberingen hebben doorstaan (een kans voor Halle Berry?). Ik hoop dat Ruby op de longlist van de Bailey's Women's Prize for Fiction is beland, omdat Bond ondanks alles wel heel mooi schrijft en niet omdat ze zo'n moedig verhaal over misbruik en overleven vertelt. Ik heb genoten van die scenes waar Bond's vertelstijl bijna raakte aan poëzie, door de andere pagina's heb ik mij in een steeds sneller tempo heen geworsteld. Voor mij hoeft het doodeenvoudig niet al die o zo realistische beschrijvingen van geweld. Heb je een sterke maag, lees Ruby vooral. Zo nee, laat deze dan maar aan je voorbijgaan.