The Vanishing Half is één van die boeken die al geruime tijd op lijstjes staat met boeken die je gelezen moet hebben. Het duurde ongeveer een half jaar voordat ik het boek eindelijk bij de bibliotheek kon halen. Duidelijk populair dus. En ik snap wel waarom. Bennett is zo’n typisch Amerikaanse schrijver die een vloeiende schrijfstijl combineert met een duidelijk thema. En dan ook nog een thema dat in dit bewogen jaar 2020 nadrukkelijk de aandacht vroeg: de mate waarin de kleur van je huid bepaalt hoe jij je leven kunt leiden.
In The Vanishing Half draait het om kleur. Tweelingzussen Desiree en Stella komen uit een dorp met inwoners die voor de wet ‘Black’ zijn, maar aan wie dit uiterlijk niet te zien is. In de grote massa zouden ze waarschijnlijk voor wit aangezien worden. Om zo min mogelijk over de inhoud te hoeven te zeggen beperk ik me nu tot de opmerking dat Desiree, niet echt bewust, kiest voor een leven met man met een huidskleur die tegen aan het zwart aan grenst. Hun dochter Jude krijgt de kleur van haar vader mee.
Stella daarentegen kiest voor ‘wit’. Een keuze die betekent dat ze de rest van haar leven haar ware afkomst moet verzwijgen en steeds op de hoede moet zijn dat niets haar verraadt. Een leven bovendien waarin haar dierbaren geen plek meer hebben. Het concentreert zich op haar echtgenoot en haar dochter Kennedy, beiden lichtblond met helblauwe ogen.
Jude is afkomstig uit een gehucht waaraan ze met dank aan een beurs kan ontsnappen. Ze is haar hele schooljeugd gepest, is altijd een buitenstaander geweest. Ook in LA eindigt ze in een groep vrienden die bepaald niet ‘main stream’ zijn: ‘drag queens’ en transsexuelen. Vriendje Reese verbergt zijn vrouw-zijn, wacht op de operatie die hem van zijn borsten zal bevrijden. Jude mag hem nooit zonder de bandages zien die zijn vrouwelijkheid bijna met geweld verbergen.
Kennedy is een bevoorrecht wit en rijk meisje dat niet kiest voor de voor haar uitgestippelde carrière maar kiest voor het theater. Eén klein probleempje: ze is een matige actrice die het vooral moet hebben van haar uiterlijk. Na een mislukte carrière en nog meer mislukte relaties vindt ze eindelijk de baan die bij haar past: makelaar in LA.
The Vanishing Half draait om de vraag of je mag zijn wie je wilt zijn. De vrouwen in het boek, Stella, Desiree, Jude en Kennedy, zullen die vraag allemaal anders beantwoorden. Voor Stella draait het leven om eindelijk als witte vrouw alles te kunnen doen wat voor haar als zwarte vrouw niet mogelijk was. De vraag is natuurlijk of dat leven de offers waard is geweest. Desiree kiest voor een leven dicht bij haar oorsprong. Haar keuze leidt niet tot een spannend leven voorzien van alle gemakken. Ze kiest voor de makkelijke uitweg.
Bennett laat haar romans in verschillende tijdsperioden spelen en wisselt meerdere malen van perspectief. Dat van Desiree, Jude en in mindere mate Stella en Kennedy. Door die wisselingen kan Bennett vaart in de roman brengen, iets wat past bij haar soepele, bijna stuwende schrijfstijl. The Vanishing Half is het type roman dat je, mits je de tijd daarvoor hebt, in één ruk kunt uitlezen. Dat heeft echter ook een nadeel, of meer.
Bennett schrijft vlot en vloeiend, er is echter geen enkele zin in de roman die opvalt door schoonheid. Alles wat op papier staat is bijna functioneel. Vlot staat niet voor mooi; Bennett’s woorden rollen uit haar pen, ze tovert er niet mee. Bennett benadrukt een onrecht. Dat onrecht staat centraal, haar hoofdpersonen zijn er ondergeschikt aan. De vier dames zijn stereotypen die niet tot nauwelijks ontwikkelen in de roman. Ze worden ouder, leren natuurlijk wel het één of het ander maar diepere lagen zijn in hun persoonlijkheden niet te ontdekken.
The Vanishing Half duwt je met je neus op het feit dat in de VS het leven voor niet-witten zwaarder is dan voor mensen met een witte huidskleur. De voorbeelden die Bennett geeft, maken dit zeer duidelijk. Racisme en discriminatie spelen een grote rol in vele levens. The Vanishing Half is helaas ook maatschappijkritiek verpakt in een makkelijk te consumeren vorm. Indien je de roman met eten zou vergelijken dan zou er sprake zijn van één dominante smaak, het palet dat vraagt een subtiel samenspel van smaken wordt niet bediend.
Wat Bennett vertelt is uitermate belangrijk, ik snap dan ook helemaal dat mensen de roman om die reden aanprijzen. Dat geldt voor mij ook. Ik persoonlijk vind het jammer dat het bij die ene dominante smaak blijft. The Vanishing Half legt een onrecht bloot en doet dat uitermate efficiënt, het literaire aspect staat ten dienste van de boodschap. Het resultaat is een vlot lezende roman die je keihard met de neus op de feiten duwt maar die je op geen enkel moment in verrukking brengt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten