Ik moet af en toe iets over het verloop van de roman vermelden.
Spring is het derde seizoen in Smith’s seizoenenkwartet. Een roman die op het eerste gezicht weinig relatie heeft tot de twee voorgangers Autumn en Winter. Je zou de voorzichtige conclusie kunnen trekken dat de drie romans menselijke relaties in tijden van maatschappelijke verandering en daarmee onrust gemeen hebben. En dat bouwt op. Waar in Autumn de keuze van Britten om zich af te zonderen van de wereld gesymboliseerd werd door een hek langs de kust, draait Spring voor een belangrijk deel om een jong meisje dat voor onrust zorgt in de beveiligde wereld van opvangcentra voor asielzoekers.
Smith zou Smith niet zijn indien haar roman niet zou bestaan uit meerdere slinks met elkaar verweve lagen, indien structuur en verhaallijnen de complexiteit van haar boodschap niet zouden ondersteunen. Zo ook in Spring. De roman begint met twee hoofdstukken die verbazing oproepen. Het eerste bestaat uit meerdere pagina’s met losse kreten, het tweede lijkt een ontboezeming van moeder aarde. Pas tegen het einde van de roman blijkt dat het gaat om verhalen in het schoolschrift van Florence, onze jonge vluchtelinge.
Twee concrete hoofdpersonen nemen in hoofdstuk drie over: Richard, een filmproducer, en Britt, een slimme jonge vrouw die na de middelbare school meteen is gaan werken. Er was geen geld voor een vervolgopleiding, het werd het asielzoekerscentrum. Hoewel de twee elkaar in de loop van de roman ontmoeten, is er geen tot nauwelijks overeenkomst tussen hen. Zij dienen één belangrijke doel: Richard en Britt vertegenwoordigen de groep die oog krijgt voor het lot van asielzoekers én de groep die ondanks persoonlijke verhalen en kennis toch volhardt in strenge maatregelen tegen (de komst van) asielzoekers.
Richard’s leven staat op zijn kop, nadat zijn beste vriendin is overleden. Hij heeft de kans om met een belangrijke regisseur een nieuwe tv-film te maken maar ziet de opdracht niet zitten. De man heeft een ingetogen verhaal over twee schrijvers die elkaar nooit ontmoeten (Rilke en Mansfield) verandert in een onstuimige, erotisch-getinte romance. Richard realiseert zich steeds meer dat hij niet meer van deze tijd en eeuw is. Zijn ontmoeting met Florence en Alda, barista aka de coördinator van een vluchtelingennetwerk, verandert zijn leven compleet.
Britt gaat elke dag naar haar werk en volgt op een dag stomtoevallig het meisje waarvan ze vermoedt dat ze het asielzoekerscentrum op stelten heeft gezet met haar eisen. Samen ondernemen ze een lange treinreis naar Schotland. In eerste instantie lijkt het erop alsof Britt vooral meegaat om op Florence te letten. Het is ook duidelijk dat de reis voor Britt een mogelijkheid kan zijn om zich los te maken van haar leven. Florence biedt haar de kans om haar ogen te openen voor een andere werkelijkheid. Op het moment suprême blijkt dat Britt die kans niet aangrijpt en zich juist vastbijt in haar eigen visie op de realiteit. Jong als ze is, kiest ze voor de schijnzekerheid van haar werk en haar omgeving. Het doet bijna pijn aan je hart dat ze te onzeker is om een andere keuze te maken.
Florence is een bijna mythische figuur met magische krachten. Zij is wijs voor haar leeftijd en bezit het uitzonderlijk vermogen om mensen naar haar hand te zetten. Desondanks is ook zij slechts een jong meisje op zoek naar haar moeder, gevangen in de mallemolen van vluchtelingenbeleid.
Bij Ali Smith is nooit iets simpel. Je zou kunnen zeggen dat Richard staat voor de weldenkende mens die op basis van feiten kiest voor rechtvaardigheid, Britt vertegenwoordigt dan de groep bange Britten die hun land hermetisch willen afsluiten voor anderen, Florence vertegenwoordigt die andere groep. Dat is echter te simpel. Ook Richard heeft zo zijn fouten, Britt doet ondanks haar jeugd haar uiterste best om in haar omstandigheden het hoofd boven tafel te houden, Florence speelt met Britt en gebruikt haar voor haar eigen doel.
Zoals gezegd, bij Smith is nooit iets simpel. Wat te doen bijvoorbeeld met de verhaallijn over de ontmoeting tussen Rilke en Mansfield. Welke rol speelt deze gebeurtenis uit een tijd lang geleden in het complexe Spring? Is het feit dat zij weken in een zelfde hotel verblijven maar elkaar nooit ontmoeten van belang? Of juist het feit dat dit eenvoudige feit misbruikt wordt voor commerciële doeleinden met weinig respect voor beide auteurs? Ik ben er nog niet uit.
Wat ik wel weet is dat ik wederom onder de indruk ben van Smith’s kunnen. Zij slaagt erin een bijna poëtisch verhaal te vertellen over de keiharde realiteit. Haar prachtige proza, de complexe structuur van haar roman tillen het verhaal van een jonge asielzoekster op en veranderen het in een hedendaagse saga. De mythische krachten die Smith Florence toebedeelt, maken dat Richard, Alda en Britt komen te staan voor de krachten die hun geboorteland op dit moment uit elkaar trekken. Hoewel het woord Brexit in Spring geen enkele keer valt, is het juist deze in poëtisch proza geschreven bijna mythische roman die als geen ander laat zien hoe een land verscheurd kan raken door maatschappelijke ontwikkelingen waarvan de politiek misbruikt maakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten