zondag 17 oktober 2021

Nadifa Mohamed || The Fortune Men

 


Shortlist 2021

Ik vrees dat ik gemengde gevoelens heb over The Fortune Men. Ik merkte dat het moeite kostte om in de roman te komen, dat ik me de dag nadat ik het dichtgeslagen heb me afvraag of Mohamed niet teveel heeft willen doen om haar boodschap duidelijk te maken. Die kwam nu al hard aan, maar was misschien nog overweldigender geweest met meer focus.

The Fortune Men is gebaseerd op een waar gebeurd verhaal. Hoofdpersoon Mahmood Mattan is een Somalische zeeman die eind jaren vijftig in het Britse Cardiff wordt beschuldigd van de moord op een vrouw. Hij is onschuldig maar wordt toch veroordeeld en geëxecuteerd. Decennia later werd hij alsnog onschuldig verklaard; zijn executie een consequentie van keihard racisme. 

Violet Volacki is een ongetrouwde vrouw, ergens in de veertig, die de pandjeszaak van haar vader heeft overgenomen. Zij runt de winkel efficiënt, leent geld waar nodig, geeft boodschappen mee op de pof. Haar winkel staat in een niet al te veilige volksbuurt bij de haven van Cardiff. Mahmood Mattan is een jonge vent, een Somalische zeeman. Hij is in Cardiff blijven hangen, omdat hij verliefd werd op een witte Britse vrouw, Laura. Samen hebben ze drie kinderen. Op het moment van de moord is het huwelijk bepaald niet gelukkig: Laura heeft Mahmood het huis uitgezet, hij woont op kamers. 

Waar Violet en haar zus pilaren van de (Joodse) gemeenschap zijn, die na jaren hun plek in de havenwijk hebben verdiend, is Mahmood een nieuwkomer. Violet wordt gerespecteerd, haar buurtgenoten hebben wellicht zo hun ideeën over de wijze waarop ze haar geld verdient maar zien haar wel als een respectabele vrouw. Eentje die zich netjes gedraagt en zich aan de wet houdt. Dat ligt even anders bij Mahmood. Hij heeft een wat eigen kijk op wat persoonlijk bezit is en schroomt niet om hier en daar spullen te spelen, mensen een beetje op te lichten en vooral geld bij elkaar te gokken. Hij is een kleine crimineel die het zo nauw niet neemt met de wet. De politie kent hem. 

Om nu te zeggen dat Mahmood een sympathieke hoofdpersoon is? Nou nee. Hij is brutaal, op het schaamteloze af. Snapt nog niet dat een bepaald gedrag hem niet sympathiek maakt bij zijn buurtgenoten. Hij is met veel mensen in gedoetjes verwikkeld, verspeelt zijn krediet. Pas laat in de roman licht Mohamed toe dat de man niet kan lezen en schrijven, dat hij nauwelijks opleiding heeft gehad, dat hij is opgegroeid in een land waarin eigen wetten gelden. Hij snapt absoluut niet dat hij, nadat hij is gearresteerd, met zijn eigen gedrag zijn graf nog dieper graaft.

The Fortune Men is één grote aanklacht tegen racisme, dat moge duidelijk zijn. Racisme bij de politie, racisme bij de witte Britten die in Mahmood, getrouwd met  één van hen, de ideale zondebok zien. Racisme bij de rechtbank waar een onschuldige man ter dood veroordeeld wordt. Een onschuldige man helaas die het voor zichzelf behoorlijk verprutst heeft met zijn onbezonnen, onnadenkende gedrag. Praat dat iets goed? Natuurlijk niet. dat Mahmood een praatjesmaker is mag er niet toe doen.  

Als lezer sta ik daar een ietsiepietsie anders in. Ik merkte dat ik de praatjes van Mahmood niet goed kon hebben. Eigenlijk leren we de man pas goed kennen wanneer hij al lang en breed in de gevangenis zit. Dan komt zijn geschiedenis naar boven, ontdekken we waarom hij is wie hij is. In de eerste helft van de roman worstelde ik echter toch met een hoofdpersoon waar ik weinig begrip voor kon opbrengen. In de tweede helft groeide mijn begrip voor hem. 

Het hielp wat mij betreft ook niet dat ik het eerste deel van de roman vrij rommelig vond. Deze rommeligheid geeft de rommeligheid en de onrust in de buurt weer. Ik vraag me echter af of de roman niet gebaat was geweest bij een sterkere focus. Nu lijkt het alsof we twee verhaallijnen hebben, die van zussen Violet en Diana en die van Mahmood. De eerste kabbelt na de door van Violet nog even door en verzandt dan ergens. Die van Mahmood wordt naarmate de roman vordert sterker en overtuigender. Op dat moment werd ik eindelijk echt gegrepen door de roman. Het beroerde is dat ik ook in de rommeligheid zeker pareltjes van schrijfkunst ontdekte. Er zijn vele hoofdstukken waarin ze laat zien dat ze prachtig proza kan afleveren, vaak van een meer beschouwend karakter. 

Gemengde gevoelens dus. Afschuw dat iemand op zo’n manier aan zijn einde komt, onvrede met het feit dat Mohamed zijn zaak met meer focus nog aangrijpender had kunnen neerzetten. Ik kan me voorstellen dat er mensen zijn die juist gecharmeerd zijn van haar gekozen aanpak, die juist de meerwaarde van de rommeligheid zien.  Die zullen The Fortune Men als de ideale kandidaat voor de Booker zien. 





Geen opmerkingen:

Een reactie posten