zondag 30 oktober 2022

Candice Carty-Williams || People Person

Vooropgesteld: ik heb me  kostelijk geamuseerd met People Person. Candice Carty-Williams heeft een roman geschreven met een aantal aanstekelijke hoofdpersonen waar ik mijn hart aan kon verpanden. Ik dacht echter dat ik een literaire roman zou gaan lezen en, hoe leuk dan ook, dat was People Person beslist niet. 

In People Person vinden vijf broers en zussen (met vier verschillende moeders) en één vader elkaar wanneer één van hen in de problemen dreigt te raken. Ondanks het feit dat ze elkaar tijdens hun jeugd wel helemaal één keer hebben gezien, staan ze dan toch klaar om zus Dimple te helpen. Het spreekt voor zich dat Nikisha, Danny, Lizzie, Prynce en Dimple in de loop van de roman naar elkaar toegroeien en op pagina 343 niet langer broer en zus in naam zijn. Hun familieband is dan wellicht hechter dan wanneer ze wel samen opgegroeid waren.

Vader Cyril is niet gemaakt voor het vaderschap. Hij doet niet eens zijn best en heeft altijd wel een of ander excuus om uit het leven van zijn kinderen te blijven. Van een financiële bijdrage aan hun opvoeding heeft hij nog nooit gehoord, sterker nog, hij bedelt om geld bij hen wanneer hij weer is blut is.  Tegen het einde van de roman blijkt dat zijn eigen jeugd in belangrijke mate heeft bijgedragen aan dat gedrag. Zijn levenslust en charme maken dat iedereen bereid is hem veel te vergeven; sommige van de moeders zijn diep in hun hart stiekem nog steeds een beetje verliefd. Voor degenen die net als ik geen aflevering van Death in Paradise hebben gemist, bij de verfilming van People Person komt maar één persoon in aanmerking om Cyril te spelen: Danny John-Jules aka Dwayne Myers.

People Person heeft een hoog slapstick-gehalte met name waar het gaat om de reden dat Dimple hulp zoekt bij haar broers en zussen. Ik dacht eerst nog bij mijzelf dat de slapstick-situatie een opstapje was naar een serieuzer thema maar nee. Dat wil niet zeggen dat Carty-Williams niet klink en klaar duidelijk maakt dat het vijftal in de maatschappij minder kansen, krijgt, harder moet werken en eerder met de politie in aanmerking dreigt te komen door hun huidskleur. Absoluut maar het is niet voldoende om het lichtvoetige thema te compenseren. 

Dimple is een influencer, met te weinig volgers om te kunnen zeggen dat ze succesvol is. Toch blijft ze die enkele honderden volgers trakteren op berichten en filmpjes. Onder andere over het feit dat ze het (voor de zoveelste keer) heeft uitgemaakt met vriendje Kyron. Carty-Williams geeft wat commentaar op de vergankelijkheid van het influencer-bestaan en laat de broers en zussen vaak aan Dimple vragen wat ze nu precies in het leven wil bereiken. Net zo als Carty-Williams natuurlijk ingaat op het feit dat Kyron losse handjes heeft en dat Dimple’s moeder haar ondanks haar 30 jaar nog wel heel erg bemoederd en betutteld. Dat de rollen af en toe zijn omgedraaid wanneer alcohol in het spel is, maakt voor de roman niet zoveel uit. Carty-Williams blijft lichtvoetig.

Oftewel, een kostelijke roman die zeker raakt aan maatschappelijke thema’s maar ze eerder lichtvoetig dan serieus benadert. Is dat een probleem? Nou nee. Waarom zou het uitmaken of iemand een serieus probleem verwerkt in een amusante roman, moet dat persé zwaar en gedragen? Zeker wanneer het zo soepeltjes en vloeiend wordt opgeschreven als in People Person. Carty-Williams heeft een enorm talent en dat moet ze vooral benutten.

Ik vermoed dat Carty-Williams niet in de voetsporen gaat treden van illustere voorgangsters als Tony Morrison, ik hoop dat Carty-Williams wel in de voetsporen treedt van de Ierse schrijfster die een meester is in romans die een serieus thema lichtvoetig aanvliegen: Marian Keyes. En voor alle duidelijkheid: dat is een enorm compliment! Slechts weinig schrijvers kunnen zich met haar meten. Ik word alleen al blij bij de gedachte dat ik nog vele jaren kan blijven genieten van hun romans.



 

 

zondag 23 oktober 2022

Colm Toíbin || The Magician

The Magician is Thomas Mann, de beroemde Duitse auteur. Hij heeft deze bijnaam gekregen van zijn kinderen omdat hij af en toe goocheltrucjes uithaalt. In The Magician neemt Toíbin ons mee in zijn leven. Of de man die hij beschrijft in het echt bestaan heeft, is maar de vraag. De feiten kloppen maar de gedachtes en emoties zijn vooral de invulling van Toíbin.

Er waren momenten waarop The Magician naar mijn smaak net iets teveel op een autobiografie begon te lijken. Dan overheersten pagina’s lang de beschrijvingen van politieke omstandigheden en het effect daarvan op de familie Mann. Op het moment dat ik dan net bij mijzelf begon te denken ‘hm, wordt wat saai’ verraste Toíbin me gelukkig weer op een prachtig geformuleerde gedachtegang van Mann.

Als Toíbin namelijk ergens goed in is, dan is het prachtig schrijven. Beschrijvingen van de omgeving, van de familie, van de ontwikkelingen in het leven van de familie Mann en vooral ook de gedachtes in het hoofd van Mann. De Nobelprijs-winnaar heeft in Toíbin de auteur gevonden die hem op ingenieuze wijze met zorgvuldig geformuleerde zinnen tot leven brengt. Toíbin neemt ons mee in het proces zoals zich dat in het hoofd van Mann had kunnen voltrekken wanneer hij bezig was met een roman. Zo ontvouwt zich de totstandkoming van de Toverberg, van Dood in Venetië, van Buddenbrooks.

De roman is lineair opgebouwd: van de prille jeugd tot de allerlaatste dagen van Mann. Feiten uit het leven van Mann komen allemaal aan de orde: persoonlijk en algemeen. Het is natuurlijk zo dat Mann, gebeuren aan het einde van de 19e eeuw, in roerige tijden geleefd heeft: Eerste Wereldoorlog, crisis in de jaren dertig gepaard gaand met opstand in het verslagen, arme Duitsland, de Tweede Wereldoorlog en daarna de jacht op communisten. Omdat Toíbin vertelt namens Mann is het zijn perspectief dat tot ons komt, dat van alle familieleden en vrienden komt altijd via de schrijver.

Het beeld dat Toíbin van Mann schetst is vooral dat van een man die nooit ergens vol voor gaat. Dat blijkt vooral wanneer hij zich zou kunnen uitspreken over de politieke situatie in zijn land.  Waar broer Heinrich en de twee oudste kinderen fel tegen de Nazi’s ingaan, aarzelt Mann voortdurend over wat hij wel of niet kan zeggen. Altijd met rationele argumenten als rechtvaardiging: hij moet aan het lot van zijn uitgever denken, zijn schoonouders wonen nog in Duitsland … Pas laat in zijn leven ontdekt Mann, in de versie van Toíbin natuurlijk, hoe bevrijdend het is om zich wel uit te spreken.

In The Magician spreekt Mann zich in ieder geval nooit uit over zijn seksuele voorkeur. Waar zijn oudste kinderen demonstratief biseksueel zijn en huwelijken sluiten waarvan duidelijk is dat ze vooral bedoeld zijn als dekmantel, verstopt Mann zijn gevoelens voor mannen voortdurend. Ze komen pas naar voren op papier, in zijn romans. Er is geen enkele twijfel over het feit dat hij veel van zijn echtgenote houdt, diep in zijn hart verlangt Mann naar een man.

The Magician is een roman over een man die successen behaalt als schrijver maar die door Toíbin prachtig wordt neergezet als een man met twijfels. Twijfels over zijn geliefde Duitsland, over zijn schrijfkunsten, over zijn kinderen met wie hij nooit een goede relatie opbouwt, over de liefde. Twijfels die zo mooi opgeschreven zijn dat het een waar genot is om ze te lezen. The Magician is voor mij vooral weer een voorbeeld van Toíbin’s kunnen, van zijn talent om de prachtigste zinnen aan het papier toe te vertrouwen.



zondag 16 oktober 2022

Booker Prize 2022: mijn favoriet


Morgen maakt de jury de winnaar van de Booker Prize 2022 bekend. Ik moet bekennen dat het grote verschil tussen de romans het moeilijk maakt om en favoriet te kiezen. Ik heb de hele short list gelezen en er zat niet één roman tussen die ik de prijs niet waardig achtte. Ik begreep ze misschien niet allemaal even goed, was niet altijd gecharmeerd van het genre maar ik waardeerde hun unieke bijdrage aan de wereld van literatuur.

Zoals trouwe lezers ondertussen wel weten ben ik geen fan van expliciete beschrijvingen van geweld. Twee van de romans op de short list beschrijven dictatuur en burgeroorlog in hun landen; de logisch daaraan gekoppelde beschrijvingen van geweld werkten niet voor mij. Om die reden vallen, ondanks alle positieve dingen die ik over de romans kan zeggen, Glory en The Seven Moons of Maali Almeida af.

Ik begreep helaas niets van Treacle. Het hielp niet dat de roman voor mijn gevoel wel heel erg tegen ‘fantasy’ aan schurkte. Ik kan me voorstellen dat liefhebbers van het genre deze roman zeer waardeerden, ik kon er weinig mee. Ook het aantal levende doden (of dode levenden) dat de pagina’s van The Trees bevolkte sprak me bepaald niet aan. Horror is al helemaal geen favoriet en hoewel ik ook in dit geval best zag dat de levende doden nodig waren voor de verhaallijn en de boodschap, haakte ik persoonlijk af toen hun aantallen per pagina groeiden.

Oh William! en Small Things passen beter bij mij. Het zijn ‘kleine’, bijna introverte romans met veel persoonlijke introspectie. Geen luidruchtige stemmen of hoofdpersonen, geen oproepen tot actie en geweld. Ik geef daar echt wel de voorkeur aan. Een keuze tussen beide romans is nog best lastig, ik heb van beide genoten. Uiteindelijk gaf het prachtige, kippenvel veroorzakende einde van Small Things de doorslag. Keegan slaagt erin een boodschap van hoop mee te geven aan een keuze die onherroepelijk negatieve gevolgen zal hebben voor het gezin van de hoofdpersoon. De enige keuze die hij kon maken.



 

zaterdag 15 oktober 2022

Shehan Karunatilaka || The Seven Moons of Maali Almeida


Booker Prize Shortlist 2022

 Het is vanaf het prille begin duidelijk dat hoofdpersoon Maali Almeida dood is. He is net aangekomen in een soort verzamelplek voor de overledenen, een mogelijk startpunt om opnieuw geboren te worden. Maali heeft zeven dagen om wat formaliteiten af te handelen; indien hij te lang in de vertrekhal blijft, is hij gedoemd om voor eeuwig in de tussenzone te blijven. Medewerkers proberen hem naar de plek te leiden waar zijn hergeboorte kan plaatsvinden, Maali heeft echter een ander plan. Hij is vastbesloten eerst wat problemen uit zijn leven op te lossen. Wat volgt is een lawaaierige, kleurrijke and tegelijkertijd angstaanjagende reis door heden en hiernamaals.  

Maali heeft een dubbele persoonlijkheid. Hoewel hij heel veel van zijn vriendje houdt, horen slippertjes met bekende en onbekende mannen voor hem tot het leven. Hij is verslaafd aan gokken, wat hij verbergt voor het vriendje en lijkt het leven bepaald niet serieus te nemen. Hij is een aanstekelijke losbol die van het leven geniet. In de roman komt ook zijn andere kant steeds duidelijker naar boven. Die waarin hij gewelddadigheden vastlegt op de foto en zo de voortdurende strijd in Sri Lanka vastlegt.

Een kant die bovendien onverwacht beschermend is naar vriend Dilan en beste vriendin Jaki. Hij wil dat zij hem helpen om de waarheid over zijn dood boven tafel te krijgen, tegelijkertijd wil hij niet dat ze daardoor in gevaar komen. En moet hij bovendien accepteren dat ze vanaf nu zonder hem door moeten.

The Seven Moons lijkt een beetje op een goed uitgevoerde combinatie van achtbaan en spookhuis op de kermis. The roman krioelt met geesten en rare, agressieve wezens in de tussenzone, in de echte wereld duiken steeds meer mensen op die wellicht iets weten over Maali’s dood. Ik moet bekennen dat ik op een gegeven ogenblik het spoor bijster was waar het ging om alle vechtende partijen in Sri Lanka; ik leed een beetje aan informatie overload.

Karunatilaka vermengt de echte wereld en de tussenwereld bijna willekeurig. De duidelijkste structuur in de roman is de indeling in hoofdstukken die elk de tijdzone van één ‘maan’ beschrijven. Binnen die hoofdstukken gaat hij los. Snelle wisselingen tussen heden – verleden en tussenzone maken dat je voortdurend alert moet zijn op waar je wanneer met wie bent. Dit gekoppeld aan de kleurrijke en levensechte beschrijvingen van beide werelden, de mensen, de geesten en de duivels maken voor een bijna explosieve leeservaring.

Een explosieve leeservaring die waarschijnlijk correspondeert met de politieke en maatschappelijke situatie in Sri Lanka. Ik weet niet precies wat er allemaal op het kleine eiland gebeurt, het lijkt één van die plekken op aarde waar fracties, politici en bevolkingsgroepen het nooit met elkaar eens worden en liever blijven vechten voor de macht. The Seven Moons gaf ook mij een beknellend kijkje in Sri Lanka met al het geweld dat hoort bij de voortdurende strubbelingen. Maali is degene die alles op beeld heeft vastgelegd.

Ik zal niet onthullen of Maali erin slaagt uit te vinden hoe hij overleden is en om zijn vrienden en vijanden naar zijn foto’s te leiden. Ik onthul wel dat Maali naarmate de roman vordert steeds meer in mijn achting groeide. Ondanks zijn niet helemaal serieuze houding ten opzichte van relaties en gokken blijkt hij één van die mensen die in staat zijn ondanks alles onafhankelijke keuzes te maken. Hij is een goede man die de juiste beslissingen neemt. Ik weet niet zeker of The Seven Moons wat mij betreft de Booker moet winnen, ik geef toch de voorkeur aan iets minder drukke romans. Ik snap wel degelijk waarom de roman op de shortlist staat.




 

zondag 9 oktober 2022

NoViolet Bulawayo || Glory

 

Booker Prize Shortlist 2022

Glory is geen makkelijke roman. De realistische beschrijvingen van de wreedheid en het geweld in een dictatuur komen hard aan en confronteren je als lezer met de harde waarheid dat wereldwijd duizenden en duizenden mensen onderdrukt, mishandeld, uitgehongerd en gedood worden door de grillen van een kleine elite en een wrede egoïstische dictator. Het feit dat de personages in Glory dieren zijn veranderde daar niets aan; sterker nog, Bulawayo’s boodschap kwam er alleen maar harder door aan.

De personages in Glory zijn dus dieren, dat wil zeggen, tamme dieren. De leeuwen en de olifanten worden lekker met rust gelaten in Jidada met een -da en nog een -da. Bulawayo’s keuze zorgt ogenblikkelijk voor een verschuiving: Glory’s voornaamste personages zijn in hoge mate symbolisch. Ze staan niet alleen voor Jidada, ze representeren alle wezens die het slachtoffer zijn in een dictatuur. In deze zwaar symbolische roman beschrijft Bulawayo het proces om te komen tot een dictatuur: wat was de eerste stap? Wie vochten eerst voor vrijheid en veranderden vervolgens in wezens die het einde van kolonisatie benutten om er vooral zelf heel veel beter van te worden? Wat gebeurt er met degenen die in opstand komen? Waarom duurt een dictatuur voort? Is er een manier om er een einde aan te maken?

Het is aan de lezers van Glory om te beoordelen of Bulawayo erin slaagt het proces succesvol te beschrijven. Ik was in ieder geval onder de indruk van de wijze waarop ze een stem geeft aan hen die misbruiken en zij die onderdrukt worden. Dictator Truvy, een zwarte hengst, wordt in haar handen realistisch en angstaanjagend, ik kon me helemaal voorstellen dat welke dictator dan ook zijn wijze van redeneren zou kunnen volgen. Het effect van Glory zit niet zozeer in de beschrijving van al het geweld, het zit in Bulawayo’s mensenkennis, haar perfecte toepassing van literaire stijlelementen.

Ik vond Bulawayo’s keuze voor dieren eerst wat ongemakkelijk. Het was bijna alsof ik wat ik las niet serieus kon nemen. Het feit dat het land dat leed onder een dictatuur steevast bijna vrolijk en optimistisch Jidada met een -da en nog een -da werd genoemd hielp daarbij niet. Het duurde even voordat ik me realiseerde dat deze keuze het mogelijk maakte om de personages naar het symbolische niveau op te tillen. Bulawayo doet daar vervolgens een stapje bovenop: bijna hypnotiserend gebruik van opsomming en herhaling. Bulawayo noemt bijvoorbeeld niet één onderdrukte groep, nee, ze somt ze allemaal op (zelfs al vergt dat meerdere pagina’s). Het versterkt het gevoel van noodzaak dat de roman doordrenkt. Er is geen tijd voor overweging of reflectie. Glory’s taal is vanaf de eerste regel superactief en roept op tot actie, tot verandering.  

De opsommingen en de herhaling versterken bovendien de perspectiefwijzigingen die Buluwayo gebruikt: van één dier naar een alwetende verteller naar een complete groep. Vele pagina’s lang is niet één dier aan het woord maar alle dieren, de gehele natie. In Glory krijgt slechts een beperkt aantal dieren individuele aandacht: de dictator natuurlijk, de leider van de honden en geit Destiny als vertegenwoordiger van de onderdrukten. De lezer leert alleen haar een beetje kennen, het is duidelijk dat zij een rol zal spelen in het misschien beëindigen van de dictatuur. .

Jidada is een land op  het Afrikaanse continent. Sommige van de dieren zijn Christenen, anderen geloven in pre-koloniale goden. Truvy, als een ware opportunist, kiest voor traditie of geïntroduceerd zoals het hem uitkomt. Een tovenaar helpt hem met bezwerende spreuken en magische sjaals, een priester helpt om de vrouwen aan het aanrecht te houden. Kat Duchesse, spreekbuis voor de traditionele goden, helpt de dieren om in contact te komen met hun voorouders en houdt zo de gedachte aan herinnering en wraak levendig.

Zoals ik al zei, bepaald geen makkelijke roman. Glory wijst je pijnlijk op al die landen die nu lijden onder een dictatuur, oorlog en invasie. Ik vroeg me tijdens het lezen regelmatig af in welk dier Bulawayo een Poetin of Assad zou transformeren. Ik kan me absoluut voorstellen dat zij met de Booker Prize aan de haal gaat,  in welk geval terecht een schrijver wint die stijl, taal en inhoud perfect combineert om haar boodschap van de daken te schreeuwen.



zondag 2 oktober 2022

Alan Garner ||Treacle Walker

 

Booker Prize Shortist 2022

Wanneer deze roman wint, dan is het voor het eerst sinds tijden dat ik werkelijk geen idee heb waar de roman over gaat. Ik heb via de recensie in de Guardian een poging gedaan maar zelfs dan snap ik het nog niet.

In de roman ontmoet een jongetje een reizende handelaar die lompen verruild voor porselein en bot. De keuze van het jongetje voor een bepaald schaaltje blijkt een keuze voor een reis naar het onbekende, naar het magische. Hij ziet met zijn luie oog opeens een andere wereld dan met zijn goed werkende oog. Hij snapt niet waarom en wat hij met dit cadeau aan moet.

Het jongetje heeft vast een familie maar die komt in de novelle niet voor. Hij ligt alleen op zijn bed en meet tijd af aan het passeren van een trein. Dan is het ‘nu’.  In de nieuwe werkelijkheid ontmoet hij een gnoom die in het moeras woont dat grenst aan het huisje waarin hij woont. Die laat hem zien hoe het ene oog de weg laat zien door het moeras terwijl het andere oog deze juist verbergt.

Het jongetje ontmoet ook drie stripfiguren die met dank aan zijn nieuwe kracht tot leven komen. Die stripfiguren springen van hun pagina de echte wereld in, later kan het jongetje de opeens lege strip weer vullen met de stripfiguren. Blijkbaar, zo zegt de Guardian, staat dit voor een spel met tijd: deze is eindeloos en niet vast te leggen. Zo ook de personages: op de laatste pagina van de roman neemt het jongetje de plek in van de reizende handelaar en start aan een nieuwe reis.

Ik geloof meteen dat dit allemaal zwaar symbolisch is en dat we het vooral niet te letterlijk moeten nemen. Ik vermoed dat een tweede lezing misschien een kwartje doet vallen en dat ik dan wel snap hoe ik moet kijken naar tijd en oneindigheid. Nu denk ik vooral ‘het zal wel’.

Blijft natuurlijk de vraag of ik nu zo gecharmeerd ben van een roman die wel heel erg tegen ‘phantasy’ aanleunt. Het is niet voor niets dat ik zelden tot nooit iets uit dat genre leest. Ik heb gesmuld van Lord of the Rings met elfen en orks, heb heel wat tegen phantasy aanschurende  Arthuriaanse romans gelezen maar die hadden allemaal een vrij concrete basis: het gevecht tegen goed en kwaad. Die basis, die ik blijkbaar wel nodig heb, mis ik in Treacle Walker.

Oftewel, geen succesvolle kennismaking met Alan Garner. Ik vrees dat het bij deze ene roman zal blijven. Mocht Treacle Walker winnen dan zal ik geamuseerd naar de uitleg van de jury luisteren. Ik geef me gewonnen.